Net als iedere rashond kan ook een Cocker aan aantal rasspecifieke afwijkingen lijden:

GPRA - General Progressive Retinal Atrophy: Erfelijke oogziekte in vele rassen waaronder de Cocker, met grote variëteit in aanvang vanaf 18 maanden tot 7 jaar. Dit begint met nachtblindheid en leidt later tot algehele blindheid. GPRA vererft via een autosomaal recessief gen. Hiervoor bestaat een gen-test. 

CPRA - Central Progressive Retinal Atrophy of RPED - Retinal Pigment Epithelial Dystrophy: Bij deze vorm van PRA verdwijnt het centrale zicht, maar het lijdt niet tot complete blindheid. De vererving is niet bekend. Recent onderzoek heeft aangetoond dat deze ziekte in cockers veroorzaakt wordt door een erfelijke afwijking die er voor zorgt dat vitamine E niet goed door het lichaam circuleert.

Goniodysgenese (Glaucoom) De soort glaucoom waar de Engelse Cockers blijkbaar last van kunnen hebben, ontstaat simpel gezegd doordat de sleuven in de kam zich sluiten en dan kan het vocht er niet meer uit, terwijl er nog wel nieuw vocht wordt aangemaakt. Bij het gonio onderzoek (gonioscopie) wordt gekeken of er nog genoeg ruimte in het kammetje zitten om het vocht af te kunnen voeren. Op het ECVO-formulier staan een aantal gradaties aangegeven van een open kammetje (vrij) naar een dichter kammetje (occlusio). Occlusio hoeft niet te betekenen dat er glaucoom gaat ontstaan, het kammetje is wel wat dichter, maar er is nog altijd genoeg ruimte om het kamerwater goed af te voeren. Het enige dat met de huidige kennis gezegd kan worden is dat er door een “trigger” (bv. een ontsteking) een verhoogde kans is dat zich bij een hond met occlusio dan glaucoom ontwikkeld. Volgens Dr. Stades is het verstandig om cockers met oclussio te kruisen met een goniodysplasie-vrije hond. Voor de lichtere vormen van goniodysplasie zou het geen consequenties hoeven te hebben. In Nederland word deze test bij de Cockers maar door een enkele fokkers gedaan. In engeland zijn er al heel veel cockers getest. Ik doe het bij al mijn fokhonden omdat ik geloof dat je het betere wel kunt weten dan niet. De vererving is niet bekend. Daarbij nog de notitie dat ik zelf nog nooit een Engelse Cocker met glaucoom heb gezien er, voor zover ik weet, nog nooit een gefokt heb (afkloppen!).

FN - Familiare Nefropathie: Fatale nierziekte in jonge cockers. De eerste symptomen van nierfalen door FN worden meestal zichtbaar tussen de 6 en 24 maanden. Typische symptomen zijn veel drinken, veel plassen, gewichtsverlies, minder eetlust, overgeven of diarree. FN wordt veroorzaakt door een autosomaal recessief gen. Hiervoor bestaat een DNA test.


JRD (of PNP)- Juvenile Renal Dysplasia: Nierafwijking waarbij pups worden geboren met onderontwikkelde nieren waarbij de nefronen achterblijven in ontwikkeling, waardoor de nieren niet hun volledige capaciteit bereiken. Symptomen variëren afhankelijk van de voortgang en zwaarte van het geval en zijn gelijk aan algemene nierziekten. Een biopsie is het enige dat definitief uitsluitsel kan geven of het om JRD gaat. De vererving is niet bekend.

Late Onset Neuropathy (AN): Klinische symptomen beginnen meestal tussen de 7,5 en 9 jaar oud en bestaan in de eerste plaats uit een ongecoördineerde manier van lopen of wiebelen in de achterste ledematen. De stand in de achterbenen is wijd en de hond gaat met hun hakken over de grond slepen. Uiteindelijk raken ook de voorste ledematen verzwakt. Op gegeven moment kan de hond niet meer lopen en moeite krijgen met slikken. De symptomen worden in de loop van 3 tot 4 jaar erger. Tot dusver is de ziekte is alleen gediagnosticeerd in eenkleur Engelse Cocker Spaniels (of nakomelingen van eenkleur Cockers). Deze vorm van neuropathie (zenuwziekte) een autosomaal recessief erfelijke aandoening er is een DNA test beschikbaar.

DCM: Dilated cardiomyopathie is een ziekte van de hartspier (het myocardium). Komt niet zo vaak voor, meestal bij eenkleur.

Rage: Het rodecockersyndroom: In de tijd dat de cocker populair en overfokt werden zijn er cockers geweest met Rage. Toen werden er veel cockers gefokt door broodfokkers die niet op de gezondheid van hun fokdieren letten en niet fokgeschikte dieren bleven gebruiken in de fok. Tijdens een aanval van Rage vielen honden zonder aanleiding “verblind” uit naar de eerste de beste persoon die in de buurt kwam. Na een dergelijke aanval waren de honden weer tot zichzelf en schenen zich niets van het voorval te herinneren. Rage komt tegenwoordig nog maar zelden voor. Rage moet niet verward worden met dominant gedrag: een cocker kan door zijn uiterlijk misschien wel een watje lijken, maar ze hebben, net als andere honden, een consequente opvoeding nodig. Hoewel de naam van de ziekte wijst naar een Engelse Cocker blijkt het bij andere rassen veel vaker voor te komen dan bij de Cocker.

Hermafrodie: Bij de cockers komt een afwijking XX-SRy negatief voor, bij deze vorm van hermafrodie zien de uiterlijke geslachtsorganen bij een teef eruit als die van een reu. Precies dezelfde afwijking komt onder andere ook voor bij de Amerkiaanse Cocker. Er wordt daar een recessieve vererving vermoed. Ouders van hermafrodiete pups moeten uit voorzorg uit de fok worden genomen.

Niet rasspecifieke afwijkingen die bij alle honden kunnen voorkomen:

Cataract: Lensvertroebeling in een of twee ogen over een deel van de lens of over de complete lens. Complete cataract leidt tot blindheid. Men moet zorgvuldig kijken of het gaat om een erfelijke vorm van cataract, of om een vorm van cataract die veroorzaakt is door trauma van het oog, ontstekingen, metabole ziekten, MPP, persisterende hyaloid, voedingstekorten of andere oorzaken.

HD – Heupdysplasie: Dit is een abnormale ontwikkeling van het heupgewricht. Het kan leiden tot kreupelheid, in ernstige gevallen tot pijn of in minder ernstige gevallen nauwelijk merkbare symptomen geven. HD vererft polygeen (meerdere genen zijn betrokken bij de ontwikkeling). Of een dier HD zal ontwikkelen wordt ook beïnvloed door externe factoren zoals dieet en lichaamsbeweging.

Epilepsie: Er zijn verschillende oorzaken voor epilepsie, sommige soorten zijn idiopatisch (oorzaak onbekend), primaire epilepsie (aangeboren) is waarschijnlijk erfelijk. Secundaire epilepsie (verkregen epilepsie) kan ook erfelijk zijn. Met dieren met epilepsie mag niet gefokt worden.